Ze worden Future Skills of ook wel Life Skills genoemd. Vaardigheden die nodig zijn om als mondige burger of werknemer/ondernemer in de snel veranderende samenleving te kunnen (gaan) functioneren. Dus vormen ze ook een wezenlijk onderdeel van het hele Nederlandse onderwijs, zou je denken. Maar dat is (vooralsnog) niet zo.
De Future Skills zijn nog steeds onderwerp van (vaak) fel onderwijsdebat, getuige bijvoorbeeld recente uitingen rondom het Zwartboek van Paul Kirschner. Terwijl werkgevers – binnen overheid èn bedrijfsleven – het belang van deze skills al langer inzien en vragen van medewerkers. En de huidige samenleving inmiddels net zozeer waarde hecht aan effectief en mondig burgerschap. Future Skills verwijzen al lang niet (meer) naar de toekomst, maar naar de wereld van vandaag. En dus is het van belang om ook als onderwijswereld deze discussie naar een werkbare conclusie te brengen. Door samen te bepalen over welke vaardigheden we het hebben, en hoe het aanleren daarvan zich verhoudt tot het vergaren van kennis.
Kenmerken
Binnen Kunskapsskolan worden zes noodzakelijke vaardigheden aangehouden, met daaronder een aantal sub-vaardigheden (zie het schema). Over elk van deze onderdelen is inhoudelijk het nodige te zeggen. Ook in relatie tot de vier uitgangspunten van het Kunskapsskolan onderwijs (‘Elk mens is uniek’, ‘Hoge verwachtingen en persoonlijke ontwikkeling’, ‘Leren voor het leven’ en ‘Het leven is wat jij ervan maakt’).
Maar daar gaat het onderwijsdebat niet over. Want niemand is erop tegen dat we jonge mensen maximaal voorbereiden op hun latere leven. En dus zal ook geen van de zes vaardigheden – of de meer uitgebreide lijst met ‘21e eeuwse vaardigheden’ – op grote weerstand stuiten. Waar het om gaat is de samenhang met het vergaren van kennis en het voldoen aan het curriculum. Gaat het aanleren van vaardigheden ten koste daarvan? En daarmee ten koste van de kwaliteit van het Nederlands onderwijs, dat in ‘de lijstjes’ de laatste jaren toch al een pijnlijke duikeling heeft gemaakt?
Ons standpunt daarbij is helder: kennis en vaardigheden zijn twee zijden van dezelfde munt. Het aanleren van vaardigheden en kennis vergaren gaan hand in hand. Immers op basis van verworven kennis worden vaardigheden geleerd. Kennis is en blijft van essentieel belang! Het maakt mensen sterk, weerbaar en kansrijk. Tegelijk zien we in de recente jaren die door social media en internet gedomineerd worden het algemene kennisniveau onder mensen dalen. Dat is het onderwijs niet aan te rekenen, maar zadelt ons wel op met een enorme taak en ambitie.
Aandacht
Kennis en vaardigheden mogen elkaar niet verdringen. Het is niet voor niets dat in onze doelen ‘hoge verwachtingen’ náást ‘persoonlijke ontwikkeling’ staat. Omdat ze beiden alle aandacht verdienen. Èn omdat ze binnen ons gepersonaliseerd onderwijs worden gecombineerd en geïntegreerd. Waarbij leerlingen met behulp van persoonlijke coaching op hun eigen niveau en in hun eigen tempo naar de hoogst haalbare exameneisen worden gebracht. Met aandacht voor hoe zij deze kennis verwerven, hoe zij daarin goede keuzes kunnen maken, hoe ze plannen en samenwerken. Waarbij in het curriculum en de leeractiviteiten onderlinge verbanden in maatschappelijke ontwikkelingen worden geduid, onderzocht en besproken. Gaandeweg dit integrale leerproces ontwikkelen zij de vaardigheden die zij daarvoor (en later) zo hard nodig hebben. De aandacht voor vaardigheden is zo geïntegreerd in de aanpak. Er wordt niet een apart vak voor toegevoegd. Noem het twee halen, één betalen.
Onderwijspedagoog Gert Biesta heeft zich in het verleden kritisch uitgelaten over de vaardigheden-discussie in het onderwijs. Omdat de snel veranderende wereld niet voor iedereen snel verandert: veel basis vraagstukken blijven hetzelfde, inclusief de daaraan verbonden uitdagingen. Maar ook omdat hij vraagtekens stelt bij de scheiding tussen kennis en vaardigheden. Biesta ziet vaardigheden meer aandacht krijgen vanuit de notie dat kennis snel veroudert en daarom minder nuttig is. De onderwijspedagoog betoogt daarbij dat kennis met méér te maken heeft dan nut en toepasbaarheid: ‘kennis geeft betekenis, helpt om mogelijkheden te zien en geeft mensen perspectief’.
Versterkend
Wij zijn het van harte met Biesta eens. Met als aanvulling: de zo noodzakelijke permanente educatie – het voortdurend vergaren van kennis – is een vaardigheid die mensen (vaak weer) moet worden aangeleerd. De discussie over vaardigheden en kennis gaat dus niet over een tegenstelling of over ‘communicerende vaten’, maar over elkaar versterkende elementen. Want of we het leuk vinden of niet: de huidige tijd vraagt sowieso méér dingen van (jonge) mensen dan decennia geleden het geval was.
Dus roepen wij de onderwijs collega’s op samen de vaardigheden discussie langs deze lijnen naar een voor scholen werkbare conclusie te brengen. In de overtuiging dat er dan alleen nog debat gaat zijn over het hóe, niet langer over het wát. Met de conclusie dat een goede balans tussen kennis en vaardigheden óók een effectief instrument is bij het tegengaan van kansenongelijkheid. Wij laten graag zien hoe dit er in de praktijk bij ons uit ziet. Niet om te evangeliseren, maar puur om te delen. In de wetenschap dat er tijdens die gesprekken dingen over tafel gaan komen waarmee wij weer ons voordeel kunnen doen. Want ‘als je niet kunt delen, kun je ook niet vermenigvuldigen’.