MY college is een nieuwe Kunskapsskolan partnerschool. We praten in deze aflevering van Schoolpraat samen met MY college-directeur Marjolein Scholten en MY college-docenten Chani van Noord en René de Waard over het resultaat van zeven jaar lang keihard ontwikkelen.
In het Nederlands voortgezet onderwijs wordt de motivatie van leerlingen als zorg gezien. Want: die is het laagst van Europa. Maar moeten we daar wel op die manier naar kijken? Je kunt ook zeggen: leerlingen komen op school om gemotiveerd te raken. Dat creëert dan een heel ander perspectief. Helemáál wanneer je dit koppelt aan ‘identiteitsontwikkeling’ en ‘betekenisvol leren’. Bovendien: ‘student-agency’ geeft leerlingen de mogelijk hun eigen omgeving te beïnvloeden.
Determinatie en kansengelijkheid. Het is een thema waarover al jaren wordt gedebatteerd. Mede op basis van wetenschappelijk onderzoek uit binnen- en buitenland, dat veelal concludeert dat de Nederlandse praktijk – vroege determinatie in het twaalfde levensjaar – juist leidt tot kansenongelijkheid. Maar toch: VO-raad voorzitter Henk Hagoort moest kortgeleden nog – op de publieke tribune van de Tweede Kamer – tandenknarsend vaststellen dat de Nederlandse politiek kennelijk zo ver nog niet is.
Hoeveel nieuwe leerlingen hebben zich aangemeld? Op menige Nederlandse school is deze vraag niet alleen een jaarlijks terugkerend ritueel, maar ook een spannend moment. Zijn het er meer, of juist minder? Met zomaar ingrijpende effecten binnen de schoolorganisatie. Dus is de vraag gerechtvaardigd: wat maakt jouw school aantrekkelijk?
Kunskapsskolan Nederland begeleidt alweer zo’n zeven jaar Nederlandse scholen bij hun transitie naar gepersonaliseerd onderwijs. Alle reden om een diepe duik te nemen in de praktijkervaring. Nu eens niet bezien vanuit de scholen, maar vanuit de Kunskapsskolan begeleiders zelf.
De Nederlandse Kunskapsskolan gemeenschap is twee nieuwe Kunskapsskolan Partnerscholen rijker: de 2College Ruivenmavo uit Berkel-Enschot en het Veenlanden College uit Vinkeveen. In deze Schoolpraat aflevering verkennen we wat er nodig is geweest om uiteindelijk het predicaat Kunskapsskolan Partnerschool te verwerven.
Op het eerste gezicht lijkt het duidelijk wat onder zelfregulerend leren en Kunskapsskolan onderwijs wordt verstaan. Zowel vanuit het perspectief van de leerling als van de docent. Maar toch: dit geldt niet voor alle docenten. Daarom kijken we deze keer onder de motorkap. Wat is de definitie van zelfregulerende leerlingen, wat is er nodig om het te laten werken?
Het leiderschap van schoolleiders bepaalt in hoge mate de kwaliteit van een school en het onderwijs. Deze conclusie staat in het promotieonderzoek van onderwijs-wetenschapper Nicolette van Halem, waarop zij binnenkort aan de Vrije Universiteit Amsterdam hoopt te promoveren.
De motivatie van leerlingen neemt toe wanneer zij meer regie krijgen over hun ontwikkeling ondersteund door de relatie met docenten. Deze conclusie staat in het promotieonderzoek van onderwijs-wetenschapper Nicolette van Halem, waarop zij binnenkort aan de Vrije Universiteit Amsterdam hoopt te promoveren.
Binnen Kunskapsskolan onderwijs bieden scholen hun leerlingen de mogelijkheid te variëren in niveau en tempo. Omdat elke leerling uniek is en op zijn of haar eigen manier leert. Maar: hoe organiseer je zoiets? Wat vergt het van docenten? En hoe creëer je toch een goed functionerend rooster?