Kinderen worden op dit moment op jonge leeftijd gelabeld op basis van hun zwakste vak. Dit werkt demotiverend en vergroot de kansenongelijkheid. Terwijl onderzoek juist uitwijst dat kinderen de kans moeten krijgen om zich op verschillende gebieden te ontwikkelen en te groeien, zonder beperkt te worden door vroegtijdige labels.
De nieuwste Position Paper van de Kunskapsskolan Community, een groep van (kandidaat) Kunskapsskolan Partnerscholen die – samen met Kunskapsskolan Nederland – dagelijks de handen ineenslaat om gepersonaliseerd onderwijs volgens het KED-programma zo goed mogelijk vorm te geven, is er zonneklaar over. De sleutel naar het verkleinen van kansenongelijkheid ligt voor een belangrijk deel bij het later selecteren en beter differentiëren.
Het onderwijs heeft, zo staat in het Position Paper te lezen, de taak om leerlingen voor het echte leven op te leiden. ‘Dit vraagt, naast een inhoudelijk goed curriculum, om betekenisvolle leerervaringen die vormend zijn voor leerlingen. Denk aan leren leren, samenwerken, ondernemend zijn, innoveren en onderzoeken en natuurlijk ook digitale vaardigheden. Dit alles zoveel mogelijk verweven met een doelgericht vakcurriculum. En waar een deel van de leerlingen kampt met achterstanden en/of sociaal-emotionele problemen (versterkt door Covid-19), is niet laten afstromen de oplossing. Geef deze leerlingen meer tijd om zichzelf te ontwikkelen en zo toch hun optimale niveau te behalen.’
Uitnodiging tot dialoog
Duco Adema is naast bestuurder van de Cedergroep (met vestigingen in Amsterdam, Amstelveen en de Ronde Venen) ook voorzitter van de Kunskapsskolan Community Nederland. Voor hem is het Position Paper vooral een uitnodiging aan het onderwijsveld om de dialoog aan te gaan. ‘Wij willen hiermee gesprekken aanwakkeren met leraren, ouders en leerlingen over hoe we het onderwijs zo effectief mogelijk kunnen organiseren. Hoewel we binnen Kunskapsskolan al goede resultaten behalen, staan we altijd open om te leren en te groeien. Sterker nog: dat is het eerste statement dat we maken met ons position paper, ‘Wij blijven leren’. We moeten ons blijven verbeteren om onze leerlingen zo goed mogelijk te onderwijzen en ondersteunen.’
In het Position Paper wordt veel aandacht besteed aan de noodzaak om later te selecteren en beter te differentiëren. Duco Adema is daar duidelijk over: het vroeg labelen van kinderen op basis van hun zwakste vak beperkt hun potentieel en vergroot de kansenongelijkheid. ‘Wij vinden dat kinderen de kans moeten krijgen om zich op verschillende gebieden te ontwikkelen zonder dat ze vroegtijdig worden beoordeeld. Binnen het gepersonaliseerd onderwijs van Kunskapsskolan geven wij leerlingen de mogelijkheid om hun talenten te ontdekken en hun volledige potentieel te bereiken.’
Marjolein Scholten, directeur van MY college in Spijkenisse, ziet dit elke dag in de praktijk binnen haar school. ‘Onze aanpak biedt flexibiliteit in leerpaden, waardoor leerlingen meer kansen krijgen. Binnen MY College kunnen leerlingen sneller vooruitgang boeken in bepaalde vakken, terwijl ze meer tijd krijgen voor vakken waarin ze moeite hebben. Dit vergroot niet alleen hun zelfvertrouwen, maar verhoogt ook hun kans op academisch succes. Daarnaast vinden wij het belangrijk om leerlingen meer eigenaarschap te geven over hun eigen leren.’
Professionalisering van docenten
Dit kan echter niet zonder de voortdurende professionalisering van docenten. ‘Onze leraren hebben een essentiële rol’, stelt Duco Adema vast. ‘Het Kunskapsskolan-onderwijs vraagt van docenten immers dat zij vier verschillende rollen aannemen: als vakdocent, als algemeen docent, als coach en als teamlid. Dus bieden wij hen de tools en ondersteuning om in hun rol te groeien, wat niet alleen hun lesgeven verbetert, maar ook zorgt voor meer werkplezier.’ Ook voor Marjolein Scholten is de professionele groei van docenten essentieel, vooral in deze tijd van lerarentekorten. ‘In onze scholen krijgen leraren de ruimte om te experimenteren, te reflecteren en samen te werken met collega’s. Dit komt niet alleen hun eigen ontwikkeling ten goede, maar verbetert ook de kwaliteit van het onderwijs voor onze leerlingen.’
‘Maar, om dit allemaal mogelijk te maken’, vervolgt zij, ‘is een consistente, structurele financiering voor sociaal pedagogische ondersteuning onontbeerlijk. Veel van onze leerlingen hebben extra hulp nodig, vooral na de impact van COVID-19. Maar de middelen zijn beperkt. En als deze financiering wordt gekort, wordt het moeilijker om het niveau van zorg en aandacht te bieden dat onze leerlingen nodig hebben.’
Optimistisch over de toekomst
Desalniettemin is de voorzitter van de Kunskapsskolan Community optimistisch over de toekomst. ‘Onze hoop is dat meer scholen gepersonaliseerde leerbenaderingen zullen omarmen en dat we een verschuiving gaan zien in hoe het onderwijs in Nederland is gestructureerd. Waarbij we afstappen van rigide systemen die zich alleen richten op cijfers en in plaats daarvan een bredere benadering omarmen die de unieke ontwikkeling van elke leerling waardeert. ‘Onderwijs zou erop gericht moeten zijn om elk kind de kans te geven om op zijn eigen manier te slagen,’ voegt Marjolein Scholten toe.’ Door te focussen op persoonlijke groei, samenwerking en continu leren, kunnen we een omgeving creëren waarin zowel leerlingen als leraren floreren. Dat is uiteindelijk ook waar Kunskapsskolan voor staat: een community die samen leert en elkaar ondersteunt om nieuwe hoogtes te bereiken.’
Meer weten? Lees hier de volledige Kunskapsskolan Position Paper 2024